Groenlof is niet erg bekend, maar als u van witlof houdt, vindt u
groenlof ook lekker. Het kan zowel gestoofd (als andijvie) of rauw
(als salade) worden gegeten. Het is gemakkelijk te telen, vraagt
weinig verzorging en heeft nauwelijks last van ziektes. Een ideale
bladgroente dus.
Zaaien: in de tweede helft van juni op regels of rijen, direct in
de vollegrond. Houd tussen de rijen een afstand van 30 cm aan.
Na opkomst van het zaaisel moet u uitdunnen: laat alleen planten
op een onderlinge afstand van 25 cm staan, de rest wiedt u er
tussenuit. Verder groeien de planten bijna vanzelf. Zorg wel voor
voldoende vocht in droge perioden.
Oogsten: in oktober. De mooie gesloten groene kroppen zijn van
binnen geelbladig.